Aanzienlijk onbenut arbeidspotentieel onder gepensioneerden
Uit een enquête onder 842 volledig gepensioneerden blijkt dat er nog aanzienlijk onbenut arbeidspotentieel ligt bij ouderen. 41% van de ondervraagden geeft aan interesse te hebben om in deeltijd te werken onder bepaalde omstandigheden. Dit is opvallend, aangezien veel werkgevers nog terughoudend zijn met het aannemen van gepensioneerden, zo concluderen Ellen Dingemans (Tilburg University), Kène Henkens (RUG) en Hanna van Solingen (NIDI) in een artikel in ESB.
Nu de personeelstekorten zich in Nederland in alle sectoren manifesteren, kunnen werkende gepensioneerden mogelijk verlichting bieden. Maar hoeveel van hen hebben belangstelling voor een terugkeer naar betaald werk? Een aanzienlijk aantal gepensioneerden blijkt nog interesse te hebben in het werken in deeltijd, ondanks dat veel werkgevers terughoudend zijn met het aannemen van ouderen, zo concluderen de auteurs.
Uit een enquête onder 842 volledig gepensioneerden blijkt dat 41% van hen graag aan de slag zou willen gaan. Als een vierde daarvan ook daadwerkelijk aan het werk gaat, komt dat neer op zo’n 200.000 extra werkende gepensioneerden.
Inzetten werkende gepensioneerden
De afgelopen decennia is de arbeidsdeelname onder gepensioneerden meer dan verdubbeld, mede door de verhoging van de AOW-leeftijd en de afschaffing van vroegpensioen. Ook lijken de normen op de werkvloer langzaam te veranderen, waardoor werkgevers meer bereid zijn om gepensioneerden te laten doorwerken tot na de pensioenleeftijd.
Het inzetten van gepensioneerden op de arbeidsmarkt kan een oplossing bieden voor de huidige personeelstekorten in Nederland. Werkende gepensioneerden brengen vaak veel ervaring en kennis mee, zijn loyaal en hebben een goede werkethiek. Daarnaast zorgen ze voor een betere diversiteit op de werkvloer.
Stijgende arbeidsdeelname gepensioneerden
Er is een toename van ouderen die tot op hoge leeftijd blijven participeren op de arbeidsmarkt. Zo is de arbeidsdeelname van 68-jarige mannen gestegen van 10 procent in 2003 tot 22 procent in 2021. Ook op hogere leeftijd zien we een verdubbeling in de arbeidsdeelname. Bij vrouwen zien we een vergelijkbare ontwikkeling, hoewel daar de arbeidsdeelname traditioneel gezien op een lager niveau ligt.
Meestal wordt er na het pensioen op deeltijdbasis doorgewerkt. Cijfers van het CBS over de periode 2011-2020 laten zien dat ongeveer de helft van de ouderen die doorwerken dat minder dan twaalf uur per week doet. AOW’ers die méér dan twaalf uur per week werken, dan dat steeds vaker op zzp basis. Bij 65- tot 75-jarigen is dit percentage gestegen van 28% in 2013 tot 36% in 2021.
Onbenut arbeidspotentieel
Onderzoek toonde aan dat een klein deel van de ouderen die na de pensioenleeftijd actief op zoek ging naar betaald werk, hierin slaagde. Dit wijst op een onbenut arbeidspotentieel. Gezien de toenemende personeelstekorten is het relevant om te weten hoe groot dit potentieel is.
Hiertoe zijn 842 volledig gepensioneerden tussen de 65 en 68- jaar ondervraagd over de omstandigheden waaronder zij weer betaald werk zouden overwegen. Uit de resultaten blijkt dat 59% van de respondenten helemaal geen interesse heeft om weer betaald werk te doen. De rest staat onder bepaalde voorwaarden wel open voor werk.
Drijfveren arbeidsdeelname
Uit de bovenstaande grafiek blijkt volgens Dingemans, Henkens en Van Solingen dat de inhoud van het werk de belangrijkste drijfveer is voor volledig gepensioneerde mannen en vrouwen om weer aan de slag te gaan op de arbeidsmarkt. Bijna 40% van de mannen en 35% van de vrouwen geeft aan interesse te hebben in betaald werk als het werk heel leuk is, wat vergelijkbaar is met het totale percentage dat openstaat voor herintreding.
Het actief benaderen van gepensioneerden door werkgevers lijkt effectief te zijn: 28% van de mannen en 24% van de vrouwen overweegt betaald werk als ze daardoor worden gevraagd. Flexibiliteit in werktijden, vakanties en thuiswerken zijn ook belangrijke factoren. Een goede beloning is echter minder belangrijk bij het aantrekkelijk maken van werk voor gepensioneerden.
Verschillen leeftijd en opleidingsniveau
De mate waarin gepensioneerden belangstelling hebben om weer aan het werk te gaan, verschilt afhankelijk van hun leeftijd en opleidingsniveau. Bijna de helft van de 66- tot 69-jarigen en de helft van de hoger opgeleiden overweegt betaald werk.
De top drie belangrijkste drijfveren om terug te keren naar werk zijn echter voor alle leeftijden en opleidingsniveaus hetzelfde: het werk moet leuk zijn, men wil zelf de werktijden bepalen en men wil gevraagd worden. Geld is de minst genoemde reden om weer aan het werk te gaan.
200.000 extra werkenden
Als 25 procent van de gepensioneerden die aangaven terug te willen keren naar de arbeidsmarkt ook daadwerkelijk aan de slag gaan, zou dit een potentieel arbeidsaanbod van meer dan 200.000 mensen vertegenwoordigen, gezien het totale aantal inwoners tussen 65 en 80 jaar in Nederland. Hoewel deze groep waarschijnlijk geen voltijdsfuncties zal vervullen, kunnen ze nog steeds van grote waarde zijn voor organisaties. Bijvoorbeeld als mentors voor jongere medewerkers, invalkrachten bij ziekte van collega’s, het opvullen van ongewenste werktijden, of het uitvoeren van werkzaamheden die anders niet worden gedaan vanwege personeelstekorten.
Het is echter onduidelijk of er voldoende vraag en aanbod is die op elkaar aansluiten, omdat er een groot verschil kan zijn tussen de interesse om terug te keren naar de arbeidsmarkt en daadwerkelijk deze stap zetten. Hoewel werkgevers steeds positiever staan tegenover gepensioneerden die willen werken, blijft het aantrekken van deze groep in veel organisaties nog steeds een taboe. In de praktijk blijkt dat slechts iets meer dan een kwart van degenen die van plan zijn om na hun pensionering door te werken, dit ook daadwerkelijk doen.
Rol werkgevers aanspreken onbenut potentieel
De afgelopen jaren is de arbeidsparticipatie van gepensioneerden in Nederland gestaag toegenomen. Werkgevers kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Door gepensioneerden gericht te benaderen en aantrekkelijke werkzaamheden met flexibele werktijden aan te bieden, kan het onbenutte arbeidspotentieel worden aangesproken.
Momenteel is het beleid rond doorwerken nog ad hoc en het is noodzakelijk om dit onderdeel te maken van het integrale HR-beleid, stellen de onderzoekers. Ze vinden dat organisaties daarom tijdig in gesprek moeten gaan met oudere werknemers en nieuwe vormen van flexibiliteit ontwikkelen om te kunnen voldoen aan de wensen van gepensioneerden, gezien de structurele krapte op de arbeidsmarkt.
Bron: ESB, 14 april 2023